-
1 situatie
-
2 een moeilijke/een precaire situatie
een moeilijke/een precaire situatiea difficult/awkward situationVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een moeilijke/een precaire situatie
-
3 embarras
embarras [ãbaaraa]〈m.〉♦voorbeelden:créer des embarras à qn. • iemand moeilijkheden bezorgenfaire des embarras • zich aanstellense tirer d' embarras • zich uit een moeilijke situatie redden→ faiseurm1) verwarring, verlegenheid -
4 go from clover to rye grass
vanuit een moeilijke situatie in een nog moeilijker situatie geraken -
5 come to/reach a pretty pass
come to/reach a pretty pass -
6 dilemma
-
7 fix
n. ongeluksgeval; opsporing, localisatie; gebruik van heroine (slang)--------v. vastmaken; vaststellen; vestigen; opknappen; fixeren; regelenfix1[ fiks] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 moeilijke situatie ⇒ knel, penarie♦voorbeelden:1 be in/ get oneself into a fix • in de knel zitten/raken————————fix2♦voorbeelden:¶ fix (up)on (the idea) of something • iets vaststellen/besluitenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 vastmaken ⇒ bevestigen, monteren5 opknappen ⇒ repareren, in orde brengen7 omkopen♦voorbeelden:1 fix something in the mind/memory • iets in de geest/in het geheugen prentenfix the blame on someone • iemand de schuld gevenfix something onto something • iets ergens aan vastmaken2 fix one's eyes/gaze/attention (up)on something • de blik/aandacht fixeren/vestigen op ietsfix someone with a cold stare/look • iemand koud/strak aankijken6 I'll fix him! • ik krijg hem wel te pakken!, ik zál hem!¶ have one's cat fixed • zijn kater laten castreren, zijn poes laten steriliseren→ fix up fix up/ -
8 pretty
adj. mooi, knap; aardig--------adv. genoeg; nogal; op bepaalde manier; heel--------v. gemaakt mooi (popperig)pretty1[ prittie] 〈 prettiness〉♦voorbeelden:come to/reach a pretty pass • in een moeilijke situatie terechtkomena pretty kettle of fish • een mooie boel1 groot ⇒ aanzienlijk, veel♦voorbeelden:————————pretty2♦voorbeelden:pretty nearly • zo goed alsI have pretty well finished my essay • ik heb mijn opstel nagenoeg af -
9 quandary
n. verlegenheid; onwetendheid; dilemma[ kwond(ə)rie] 〈meervoud: quandaries〉1 moeilijke situatie ⇒ dilemma, onzekerheid♦voorbeelden: -
10 troublesome situation
-
11 troublesome
-
12 keep one's chin up
maak je niet zo'n zorgen, verlies de hoop niet; blijf moedig in een moeilijke situatie -
13 pull the devil by the tail
zich in een moeilijke situatie bevinden -
14 straits
n. slechte en moeilijke situatie als gevolg van financiële problemen -
15 affaire
affaire [aafer]〈v.〉1 zaak ⇒ aangelegenheid, kwestie2 affaire ⇒ geschiedenis, zaak3 (rechts)zaak ⇒ politiezaak, proces5 (handels)zaak ⇒ bedrijf, onderneming♦voorbeelden:c'est (une) affaire de goût • het is een kwestie van smaakaffaire d'honneur • erezaakc'est l'affaire d'une seconde • het is een kwestie van een seconde〈 schertsend〉 la belle affaire! • is dat alles?, het is me wat!c'est toute une affaire, ce n'est pas une mince affaire, ce n'est pas une affaire petite • dat is geen kleinigheidj'ai là votre affaire • ik heb wat u zoektavoir affaire à qn. • met iemand te maken hebben, te doen krijgenil connaît son affaire • hij weet van wantenc'est ton affaire • dat is jouw zaakce n'est pas une affaire • zo erg is 't (nu ook weer) nietêtre à son affaire • in zijn element zijncela doit faire l'affaire • dat moet voldoende zijnj'en fais mon affaire • ik neem 't op meprendre une affaire en main • een zaak ter hand nemen, aanpakkense tirer d'affaire • zich uit een moeilijke situatie reddentirer qn. d'affaire • uit de problemen helpen3 affaire de moeurs • zedenmisdrijf, zedenschandaalaffaire pénale, criminelle • strafzaakAffaires étrangères • Buitenlandse Zakense retirer des affaires • stil gaan levenêtre dans les affaires • zakenman, -vrouw zijn1. f1) aangelegenheid, kwestie2) rechtszaak, proces3) transactie4) (handels)zaak, onderneming2. affairesf pl1) handel, (geld)zaken, belangen2) spullen3. affairéadjdruk bezig, bedrijvig -
16 en porte-à-faux
en porte-à-fauxoverhangend; 〈 figuurlijk〉in moeilijke situatie, onstabiel -
17 porte-à-faux
porte-à-faux [portaafoo]〈m.〉♦voorbeelden: -
18 se tirer d' embarras
-
19 se tirer d'affaire
se tirer d'affaire -
20 beroerd
♦voorbeelden:het ging beroerd • cela allait malzich beroerd voelen • se sentir patraqueberoerd van iets zijn • être malade de qc.er beroerd aan toe zijn • 〈 in moeilijke situatie〉 être dans de mauvais draps; 〈 lichamelijk〉 être à ramasser à la petite cuillère¶ niet te beroerd zijn om iets te doen • bien vouloir faire qc.te beroerd zijn om iets te doen • ne même pas être capable de faire qc.
- 1
- 2
См. также в других словарях:
moeilijke situatie — dyam, problema … Woordenlijst Sranan